Apotheek Meysen Peer 3990 Peer : Home > Driftbuien bij kinderen

Driftbuien bij kinderen

Driftbuien zijn een normaal verschijnsel bij een opgroeiend kind en de "peuterpubertijd": dit is belangrijk om te weten. Driftbuien zijn onaangenaam en chaotisch, maar deze zijn niet "fout" en betekenen ook niet dat er iets mis is met je kind. Dat is dus allemaal goed en oké, maar leuk is iets anders. Hoe ga je om met driftbuien? Sommige ouders weten niet wat gedaan, worden boos, gaan dreigen, geven toe aan het willetje van het kind of negeren hen. Er zijn constructievere oplossingen. Kind en Gezin heeft enkele tips en adviezen op een rij gezet voor hoe je tijdens (en buiten) conflictsituaties met je jonge kind kan omgaan, en we geven ze jullie graag mee:

  • Blijf rustig tijdens de driftbui en blijf aanwezig bij je kind. Geef ze ruimte, op een veilige plaats en vertel niet dat ze moeten stoppen. Als ze triestheid of kwaadheid voelen, mag dit geuit worden. Er mag gehuild worden. Laat de driftbui gebeuren, passeren, wees steunend en kalm aanwezig en pas vooral je grenzen niet aan (als het conflict daarover zou gaan).  
  • Peuters leren snel dat ze extra aandacht en zorg krijgen als ze boos zijn. Ze kunnen deze extra aandacht dus gaan opzoeken door expres of sneller boos te worden (een driftbui). De oplossing hier is niét ze geen aandacht geven tijdens die driftbui ("want dan leren ze het wel af", neen), maar net om je kind ook extra aandacht te geven buiten conflictsituaties om. Zo zal je kind zich gelukkig en gezien voelen en dus niet mechanismes als een driftbui in gang zetten om de aandacht te krijgen die zij of hij nodig heeft.
  • Toon begrip en liefde voor de frustraties van je kind (bijv. De keukenkast niet open krijgen, niet met bepaald speelgoed mogen spelen, etc.) Lach deze frustraties niet weg en neem ze serieus, toon er begrip voor.
  • Laat je kind zichzelf en de omgeving ontdekken: laat ze helpen in de tuin en geef dan ook vooral plaats en tijd voor te sukkelen. Er zal veel geleerd worden! Wees aanwezig tijdens de ontdekkingstochten van je kind. Dan creëer je een veilige aanwezigheid ter steun en zal je kind zich zekerder over zichzelf en goed voelen.
  • Regels opstellen (niet té veel) en deze duidelijk communiceren is niet "streng", maar schept net een veilige, rustige en voorspelbare omgeving voor je kind. Ze hebben dit nodig. Blijf bij je grenzen en regels. Té veel regels kunnen dan weer te beperkend zijn en dat is ook niet de bedoeling: je kind heeft ruimte nodig voor zijn of haar ontwikkeling en ontdekkingstochten.

Probeer vooral je geduld te bewaren en vergeet nooit dat je met een kind in ontwikkeling bezig bent, die nog van alles moet leren – van onder andere jou. Je kan en mag niet verwachten dat ze alles direct goed doen, onthouden of kunnen. Peuters en kleuters hebben hun eigen karakter, mogelijkheden en tempo.